Circusartiest Amaury Vanderborght maakt vuurwerkspektakel

Wat hebben vuurwerk en circus gemeen? Beide kunnen explosief en gevaarlijk zijn en een breed publiek aantrekken. Meer nog: het zijn allebei fascinaties van Amaury Vanderborght, luchtacrobaat en lesgever aan CNAC, maar ook gediplomeerd pyrotechnicus. Deze zomer op Theater op de Markt gaat Combustion in première, een vuurwerkspektakel annex video-installatie met beelden gefilmd in het Chinese Liuyang.

© Michiel Devijver

“Het element vuur heeft me altijd al aangetrokken en tegelijk beangstigd. Naar het schijnt stak ik als kind papier in brand boven de toiletpot, wat mijn ouders tot waanzin dreef. Maar tegelijk was ik ook bang van vuurwerk. Mijn grootouders woonden vlakbij Cannes waar er in de zomer een groot vuurwerkspektakel was. Ik ben ooit in totale paniek in de menigte weggerend; toch wel heftig voor een klein kind.”

Een spraakwaterval als Amaury interviewen is een cadeau. Eerlijk en twijfelend maar vooral – hoe kan het ook anders – vol vuur. Hij heeft het hart op de tong, de malende gedachten in het hoofd, hij spreekt in geuren en kleuren, maar heeft ook oog voor nuances. Hij excuseert zich al bij voorbaat uitvoerig over zijn ratelende vertelstijl en hoe zijn diagnose als hyperactief persoon zowel zijn lust als last is en wellicht ook de reden dat circus op zijn pad kwam.

Als hyperactief kind vond hij een uitlaatklep in het circusatelier van Doornik. Hij wist al snel dat hij van circus zijn beroep wou maken. Niet voor niets was zijn lievelingsfilm Dumbo, dat hij telkens weer herbekeek. Toen hij achttien was, ging hij naar de circushogeschool in Londen en daarna aan het ESAC (Ecole Supérieure des Arts dus Cirque, red.) in Brussel waar hij zich specialiseerde in luchtacrobatie. Na zijn afstuderen kreeg hij een contract in Zwitserland bij Circus Monti, waar hij ook zijn toekomstige echtgenoot Arno Ferrara en diens kompaan Gilles Polet van cie Un Loup pour l’Homme ontmoette.

Burnhead wordt pyrotechnicus

Samen met hun twee langharige katten wonen Arno en Amaury in een loft dichtbij Brussel-Zuid. De ideale uitvalsbasis voor twee vaak reizende artiesten. Het was op een van die momenten samen, toen ze op de Nationale Feestdag in Brussel het vuurwerk bijwoonden, dat Amaury de bedenking maakte: ‘Hoe kan zoiets fascinerends als vuurwerk, toch zo’n shitty show opleveren? Dat moet toch anders kunnen.’

“Ik heb wat gegoogeld, vond een opleiding pyrotechniek in Frankrijk en heb er mijn certificaat gehaald bij Jacques Prévot, een grote importeur van vuurwerk waarvoor ik soms nog freelance klus. Aanvankelijk was het gewoon een fijne hobby naast circus, waarbij ik elk jaar in de winter op de Caraïben het grootse eindejaarsvuurwerk voor de rijken voorbereidde of meewerkte aan evenementen zoals het vuurwerkfestival in Knokke-Heist.”

Maar toen brak de covidperiode aan. Amaury was op dat ogenblik aan de slag bij het circusgezelschap Le Poivre Rose, maar het toeren stootte op veel moeilijkheden en onzekerheden. “Komt het door covid, de leeftijd… het feit is dat ik ook persoonlijk mentaal een knauw kreeg. Ik, die vroeger op school gekend stond als de burnhead (durfal, red.), werd bang voor hoogtes en ik verloor mijn interesse in circus.” Amaury ging aan de slag als tourmanager bij Peeping Tom. “Een vaste baan, met een bureau en koffiezetapparaat. Voor iemand hyperactief zoals ik gaf dit vreemd genoeg een rust, een kader. Natuurlijk is tourmanager een crazy job, want je moet tijdens tournees 24/24 beschikbaar zijn, maar mijn motto was ‘er is geen probleem dat niet opgelost kan worden’. En in dat constant fixen vond ik mentale rust.”

Zodat het uiteindelijk toch weer begon te kriebelen: de urgentie, de drang om te creëren. “De urgentie mis ik soms bij artiesten en dan voel je dat routineuze ook in die creaties. Als ik Arno bezig zie – en dat bedoel ik allerminst pretentieus – maar hij leeft en werkt in functie van wat hij wil zeggen. Iets kan pas echt betekenis hebben als je het betekenis geeft.”

Drie ingrediënten geven een vonk

Was het een geval van serendipiteit? Zoals het toevallig bijeenbrengen van salpeter, zwavel en houtskool tot de uitvinding van het vuurwerk leidde, zo ontstond ook het idee voor de performance Combustion. Amaury had met vrienden een illegaal verjaardagsfeestje voor Arno georganiseerd op een verlaten industriële site in Brussel met wat vuurwerk, pizza en champagne. Hij raakte er aan de praat met Cathy Blisson die Arno kende van eerdere samenwerkingen.

Cathy had immers 10 jaar lang aan een project gewerkt met Alexandre Fray van Cie un Loup pour l’Homme. Begonnen als journaliste maakte ze de switch naar multidisciplinaire performances en werkte in die hoedanigheid ook samen met de Vlaamse theatergroep Berlin. Voor de filmtheatervoorstelling Zvizdal volgde ze vijf jaar lang het dagelijkse leven van een oud koppel in Zvizdal, een dorpje vlakbij Tsjernobyl, dat volledig uitgestorven is en overwoekerd door de natuur.

Amaury’s fascinatie voor vuurwerk wekte Cathy’s nieuwsgierigheid. “Ik vertelde haar hoe benieuwd ik was naar die vele pakketten vuurwerk die ik in handen kreeg waarop bijna altijd stond te lezen ‘Made in Liuyang, China’. Welke stad was dat toch die knetterde en kleurde onder het maken van vuurwerk? Matthieu Goeury (toenmalig artistiek leider van VIERNULVIER, nu actief bij De Hallen van Schaarbeek, red.) was ook aanwezig op dat feestje en voor we het goed en wel doorhadden, lag er een productieplan klaar voor een vuurwerkspektakel annex documentaire.” Of hoe drie ingrediënten vonken gaven.

Sound of music met voetzoekers

Amaury
© Michiel Devijver

Aanvankelijk zouden ze zich vooral baseren op beeldmateriaal van massabijeenkomsten zoals vuurwerkspektakels vaak zijn en op beelden die ze online vonden van de fabrieken in Liuyang. Het zag er immers lang naar uit dat ze daar niet zouden binnenraken wegens de langdurig strenge quarantainemaatregelen, maar eenmaal die opgeheven waren, bleek het eigenlijk vrij simpel om naar China te reizen.

Money makes the world go round. Hadden we gezegd dat we een documentaire zouden maken, dan zouden we veel moeilijker aan een visum zijn geraakt, maar China is erg business driven – zeker voor buitenlandse kopers van vuurwerk. We stelden ons voor als een vuurwerk start-up, met Cathy als art director – ook al kende ze nougatbollen van vuurwerk – en ik als technisch directeur, en alle deuren gingen spoorslags open. Samen met een Taiwanese danser van Peeping Tom die als tolk Mandarijns optrad hebben we ongestoord en zonder verborgen camera kunnen filmen.”

“In Liuyang kijken ze er ook niet van op dat je in die fabrieken filmt: het is de gewoonte dat je als handelaar, en al zeker als Europese koper, de productielijn filmt. Zowel voor de kwaliteitscontrole van het product maar zeker ook qua werkomstandigheden en veiligheid. De arbeidsomstandigheden zijn in hoeverre we dat hebben kunnen zien, zeker oké. Het is vooral de lokale bevolking ter plekke die werkt in die industrie en dat al vaak generaties lang. Maar het blijft niet te onderschatten hard bandwerk. Omwille van het ontploffingsgevaar is er in die fabrieken bijvoorbeeld geen elektriciteit, dus ook geen licht en verwarming. Dat geldt overigens evengoed voor de fabrieken in Italië of Frankrijk, Spanje en Polen, waar veel vuurwerk wordt gemaakt.”

Het bezoek aan Liuyang was een bijzondere belevenis. “Het voelde soms als de film The Sound of Music, wandelend in de bergen, maar dan van het ene fabriekspand naar het andere. Uit veiligheidsoverwegingen zijn de productieprocessen daar zo veel mogelijk van elkaar gescheiden. Zo ligt de afdeling waar het zwarte poeder – de mix van salpeter, houtskool en zwavel – wordt gefabriceerd, zo hoog mogelijk in de bergen zodat bij een ontploffing de schade in de stad in de vallei beperkt blijft.”

De risico’s van het vak

“De job als pyrotechnicus is gevaarlijk als je de veiligheidsvoorschriften niet volgt. Elk ongeluk met vuurwerk is niet te wijten aan het vuurwerk, maar aan een menselijke fout. Het voelt voor mij minder risicovol dan circus.” Amaury slikt even. Een week geleden is een student bij CNAC – het Franse Centre National des Arts du Cirque, een van de belangrijkste circushogescholen van Europa – om het leven gekomen tijdens een training. “Niets aan te doen, gewoon slecht geland. Hoe goed je de veiligheidsvoorschriften ook volgt, het mentale en fysieke lijf is onberekenbaar. Je weet: als circusartiest hoort het erbij, het zijn de risico’s van het vak, maar met ouder te worden ben ik de voor- en nadelen gaan beginnen afwegen. Gevaarlijke dingen doen enkel en alleen ter verstrooiing van het publiek, en daarbij niet in de mogelijkheid zijn om je artistiek uit te drukken, dat is het mij niet meer waard.”

Amaury geeft luchtacrobatie aan CNAC. “Het beangstigt me meer en meer om daar zo’n jong iemand zeven meter hoog te zien bungelen. Het eerste wat ik leer aan mijn studenten is: zwaartekracht bestaat. Ik wil dat ze dat beseffen. Het circus onderhoudt eigenlijk een bijzonder sadomasochistische relatie tussen artiest en publiek, waarbij de artiest zijn lichamelijke grenzen opzoekt en zichzelf in gevaar brengt met als doel het publiek te pleasen. Ik vind het belangrijk dat mijn studenten daar kritisch naar kijken. Hoe kan je je techniek inzetten voor je idee? Een back flip zal altijd een back flip blijven, maar wat wil je ermee uitdrukken? Ik merk dat die mentaliteitsshift er is bij de nieuwe generatie artiesten. Een soort zelfbewustzijn van je positie, als artiest maar ook als mens in een samenleving. Kwesties als klimaat, sociale onrechtvaardigheid, male dominance en patriarchaat… die jonge gasten zijn veel meer bewust van hun omgeving. Dat is mooi maar het kan ook gevaarlijk zijn als circusartiest. Soms moet je het gewoon doen en niet te veel overdenken, want net dan slaat de verlamming toe en wordt het gevaarlijk.”

Mao, Leni Riefenstahl en Dua Lipa

Volgens de ontstaanslegende van het vuurwerk maakte een monnik ooit zwart poeder om de lucht te zuiveren en het geluid om de boze geesten te verdrijven. Zoals een onweer de lucht kan klaren. “Vuurwerk heeft iets magisch en verbindend. Het is het meest democratische en pretentieloze spektakel,” vindt Amaury.

Combustion voegt daar nog een politieke en sociale laag aan toe. “Het wordt een mengeling van vuurwerk, geluid en beeld waarbij de technici als soort fantasmen in de schaduw figureren. De elektronische soundscape wordt doorkruist door veiligheidswaarschuwingen die je ook vaak bij massa-evenementen hoort. De beelden spelen met de metronomische dimensies – het zijn de beelden die we maakten in Liuyang in combinatie met duizenden beelden van gechoreografeerde massaevents waarbij vuurwerk vaak de finale is.”

“Het zijn beelden die wij vaak associëren met regimes in China, Rusland of Noord-Korea. Maar die zijn evengoed aanwezig in onze Westerse samenleving: kijk maar naar de militaire defilés bij nationale feestdagen, of de vele sportevenementen, maar ook naar de popcultuur.” Amaury toont de laatste clip van Dua Lipa, waarin de geest en visie doorklinken van Leni Riefenstahl, die met haar films de stempel drukte op het Nazitijdsperk. “We zijn in het Westen opgevoed om kritisch te kijken naar andere regimes, maar ook onze democratie is één grote propagandamachine gestuurd door massaconsumptie. Totalitarisme hanteert een beeldtaal die heel pleasend en rustgevend is. Het verwart niet, het verstoort niet, het is de orde en de regelmaat en de odd one heeft er geen plaats of wordt slim gerecupereerd.”

Individu versus massa

Oorspronkelijk was het de bedoeling om in Liuyang één familie te volgen aangezien iedereen van die families wel werkt in de vuurwerkfabrieken. Maar dat idee moesten Amaury en Cathy al vrij snel loslaten. “Chinezen zijn niet geneigd om over hun emoties te spreken tegen een vreemde. En de woordeloze beelden bleken veel meer tot de essentie te gaan, waardoor we beslist hebben om de handelingen van de arbeiders te volgen in elke stap van het werkproces.”

“Het werk in de vuurwerkfabrieken is erg eentonig. Er wordt bijvoorbeeld niet gewisseld van taken, je blijft gedurende je ganse loopbaan dezelfde job uitvoeren. Hoewel veel van die taken eigenlijk door machines kunnen overgenomen worden, doen ze dat niet. Enerzijds wegens het gevaar rond elektriciteit maar ook vanuit de communistische idee dat de staat als taak heeft haar inwoners van werk te voorzien. Halen die arbeiders voldoening in hun job, zijn ze gelukkig? Ik heb het me vaak afgevraagd, want een echt antwoord daarop hebben we niet gekregen.”

“Door die beelden van arbeiders aan het werk te plaatsen in een mix van gechoreografeerde massabewegingen, plaatsen we het radertje in de machine, het individu in het collectief, de mens in de massa. We hopen dat wanneer je met 2000 man Combustion beleeft, je je afvraagt: ‘waar is mijn plaats als persoon?’”

Liuyang: de vuurwerkstad

Stadsarrondissement in de Chinese provincie Hunan, vooral gekend om zijn 400-tal vuurwerkfabrieken. Gezien het explosiegevaar liggen de productieprocessen verspreid om kettingreacties te vermijden. 85% van alle Chinees vuurwerk wordt hier geproduceerd. Het zou ook de plek zijn waar het vuurwerk 1400 jaar geleden werd uitgevonden. De Chinese kok en alchemist Li Tian zou houtskool, zwavel en salpeter gemixt hebben en in holle bamboe tubes gestoken waardoor het explodeerde en vonken gaf.

Continu wordt in Liuyang vuurwerk afgestoken. Als het niet voor een test is of een demonstratie voor een koper dan is het wel voor een of ander feest. Vuurwerk is er in die mate aanwezig dat – hoewel aanvankelijk gebruikt om de lucht te zuiveren – het nu de lucht vervuilt. De overheid heeft verordend om de uitstoot te verminderen.

Amaury Vanderborght (°1990)

  • Geboren in Doornik.
  • Bracht zijn jeugd door op een boerderij met veel pony’s. Op jonge leeftijd deed hij al voltige te paard en luchtacrobatie.
  • Studeerde aan de Londen Circus School en het Brusselse ESAC.
  • Trad op als trapezist en aerial rope acrobaat in diverse festivals in Italië, Monte Carlo, Zweden en Duitsland.
  • Begon in 2013 bij Circus Monti en later ook bij Le Poivre Rose.
  • Is docent luchtacrobatie in de Franse circushogeschool CNAC.
  • Richtte in 2022 samen met Cathy Blisson PAL / SECAM op voor de realisatie van projecten die video, performance en vuurwerk combineren.

Auteur: Liv Laveyne
Dit artikel verscheen in Circusmagazine #79 (juni 2024)